Uit de Courage-praktijk. Met een kleine groep brainstormen we over het volgende:
Niet het GLB, niet de mestwet, niet Wakker Dier. Geld en kennis bepalen de toekomst van de melkveehouderij. Een jonge boer zei onlangs: “Mijn opa boerde zijn hele leven zonder schuld. Mijn vader was schuldenvrij toen hij met pensioen ging. En ik weet nu al dat ik nooit schuldenvrij zal boeren.” Zijn zoon staat nog in de box. Wat betekent dat straks voor hem?
De financieringslast van bedrijven wordt steeds groter en de markt liberaler. Kortom, het financiële risico groeit. En dat beperkt op zich weer de financierbaarheid. Hele gewone plannen waarvoor enkele jaren geleden een belletje naar de bank volstond, blijken nu niet financierbaar. € 50.000 en meer investeren in een hectare voor een omzetstijging van ca. € 7.000,- en een rendement van max. 2%. Banken hebben er steeds minder zin in. Maar tegelijkertijd zien we dat de animo van particuliere en institutionele beleggers voor dezelfde investering juist toeneemt. Terwijl de huizen al meer dan 25% in prijs zijn gedaald, geeft de grondprijs geen krimp. Die lijkt zelfs te stijgen. Steeds meer boeren financieren nieuwe bedrijfsmiddelen door het verkopen en terugpachten van grond. Wat betekenen dit soort bewegingen voor de toekomstige financiering, het risicoprofiel en daarmee de ondernemingsvorm van melkveebedrijven? Iedereen in ons land wil grondgebonden gezinsbedrijven. Maar voor grondgebonden hebben we geen definitie. En wat is een gezinsbedrijf? Een bedrijf waarvan het volledige eigendom en risico door het gezin wordt gedragen? Is dit ons utopisch wensbeeld? Of wordt boeren op eigen grond een privilege van de rijken? Is een ander model denkbaar? Een model waarbij de kernwaarden en zelfstandigheid van de boer behouden blijven terwijl zijn risico wordt beperkt en de financierbaarheid verbetert?
Mogelijk is deze vraag te koppelen met de volgende. De melkveehouderij wordt steeds kennisintensiever. Het bedrijf van de toekomst moet economisch, vaktechnisch en ecologisch excelleren. In het ‘normale’ bedrijfsleven heb je hele managementteams en raden van commissarissen voor dergelijke complexe systemen. Een boer doet dat allemaal (grotendeels) alleen. Hij heeft geen operationeel hooggekwalificeerd ‘managementteam’ dat maar één belang heeft: het hele bedrijf naar een hoger niveau tillen. Mij lijkt dat in 2030 ook voor de melkveehouder onmisbaar. Maar hoe organiseren we dat? Hoe managen we die belangen?
Ons kleine groepje zoekt naar een nieuw participatief financieringsmodel waarmee we beide vraagstukken tegelijk hopen te tackelen.
Carel de Vries
Manager Courage
Bekijk hier de pdf uit Nieuwe Oogst
Schrijf je hier in voor onze nieuwsbrief