Van Serengeti naar het veenweidegebied in Zegveld
Het melkveebedrijf van IJsbrand Bol ligt in het Utrechtse Zegveld. Sinds acht jaar boert Hugo Spruit hier samen met hem. In het Courage-project ‘Biomimicry’ leerde Hugo om naar het bedrijf te kijken als een ecosysteem. “Hierdoor ga je het geheel zien in plaats van aspecten. Zo werk je aan een houdbaar bedrijf. Dat is voor mij het allerbelangrijkst. Ik wil niet dat de volgende generatie zegt dat ik met mijn bedrijfsvoering op een doodlopende weg zat. Dan heb ik ’t niet goed gegaan.”
De drie ondernemers die leren van de natuur in het Biomimicry-project. In het midden Hugo Spruit
In het project ‘Biomimicry’ wordt voor oplossingen en innovaties naar de natuur gekeken. Want of het nu gaat om verwarmen, koelen of bescherming tegen infecties; op basis van 3,8 miljard jaar evolutie weet Moeder Natuur altijd raad.
Hergebruik
Naar je bedrijf kijken als een ecosysteem bevestigde Hugo in veel van zijn denken en doen. “Net als de natuur hergebruik ik alles, of in ieder geval zo veel mogelijk. Omdat ik bijvoorbeeld zo weinig mogelijk voeding kwijt wil raken, verwerk ik het organisch materiaal uit mijn sloten in de ruige/stal mest. Zo dicht ik het lek, sluit ik mijn stikstofkringloop en wordt mijn bedrijf een eigen, robuust ecosysteem.” Het sluiten van de stikstofkringloop is ook belangrijk omdat Hugo sinds dit jaar geen kunstmest meer gebruikt. Dit zorgt voor een gras- en eiwituitdaging voor de zestig melk- en kalfkoeien.
DiversiteitEen ander inzicht vanuit de natuur dat Hugo aan ’t denken heeft gezet draait om diversiteit. Leen Gorissen is biomimicry-expert. Zij begeleidt Hugo in dit project, samen met Saskia van den Mujisenberg . Leen: “In de natuur vind je geen monoculturen. Want landschappen met maar één of enkele soorten zijn erg kwetsbaar voor verandering en disruptie. Ecosystemen die al miljoenen jaren oud zijn —zoals de Serengeti in Afrika of prairies— zijn daarom enorm soortenrijk. Want samen staan ze sterk. Een divers ecosysteem is een robuust ecosysteem.” |
Leen Gorissen |
Kippen
Geïnspireerd door deze lessen uit de Savanne overweegt Hugo om te diversificeren. “Nu produceren we alleen melk, maar door een meer diverse bedrijfsvoering nemen je toekomstmogelijkheden toe. Ik heb al een koppeltje kippen, nu nog hobbymatig, maar wie weet in de toekomst…” Vanuit diversiteit gedacht overweegt Hugo bovendien om te kiezen voor andere gewassen naast gras. “Zonder grondbewerking, want dat kan niet op onze 30 hectare veengrond. Maar bijvoorbeeld walnoten- en of fruitbomen, dat zou wel kunnen. Die zouden bovendien zorgen voor een spreiding van mijn opbrengsten.”
Spannend
Hugo geeft toe dat hij deze diversificatie ook spannend vindt. “Zo werken dat de volgende generaties ook verder kunnen, regeneratieve landbouw, daar wil ik naar toe. Maar daarvoor moet ik nu ook kunnen blijven eten. Op weg naar die stip op de horizon wil je niet failliet gaan.” Het remt hem niet in zijn ambitie. Hij wil klimaatpositief boeren; in plaats van zijn huidige uitstoot van 1,1 kilo CO2 per liter melk, wil hij uiteindelijk meer CO2 vastleggen dan uitstoten. Hij werkt hier al aan door te kiezen voor groene stroom, zonnepanelen en Ledverlichting in de stallen. Maar ook door klaver te zaaien, zijn krachtvoergebruik te minderen en geen kunstmest meer te gebruiken.
Techniek
Hij hoopt straks op de één of andere manier methaan te kunnen opvangen. “Want dat zou écht veel uitmaken voor mijn carbon footprint.” Er zijn boomsoorten die dat kunnen, maar slechts op beperkte schaal. Hugo kan zich voorstellen dat hij uiteindelijk met behulp van techniek methaan kan opvangen in zijn stal. Tegelijkertijd ziet Hugo het sluiten van de koolstofkringloop nog als een flinke uitdaging. “Ik wil voorbij het ‘laaghangend fruit’ van bijvoorbeeld onze elektrische shovel komen, maar dat is de uitdaging.”
Honderden jaren oude grasmat
Maakbaarheid van de natuur is een illusie. Dat wist Hugo al, en het Biomimicry-project bevestigt dit. “Ik wist al dat het uiteindelijk niet werkt om de strijd aan te gaan met de natuur. Bijvoorbeeld door onder allerlei omstandigheden naar een maximale opbrengst of prestaties van een koe te streven. Je kunt beter mét dan tégen de natuur werken. Kijk maar naar onze oude grasmat. Hier is nog nooit graslandvernieuwing toegepast, ondanks de belofte van nog hogere opbrengsten. In plaats daarvan verzorg ik de grasmat zo goed mogelijk en laat ik vooral de natuur zijn werk doen. In honderden jaren heeft dit grasland de tijd gehad om een robuust ecosysteem te worden. We hebben daardoor van nature een kruidenrijk grasland met struiken- en bomenhagen. Dat is niet alleen beter voor de biodiversiteit, ook voor de koeien. Want zij krijgen zo toegang tot vele medicinale planten die hun gezondheid en melkproductie bevorderen.”
Herstellende landbouw
Geïnspireerd door het project las hij ‘Herstellende landbouw’ van Mark Shepard. “Ook Shepard pleit ervoor om in meerdere dimensies te denken; het landbouwbedrijf als ecosysteem. Alleen zo werk je aan een regeneratief bedrijf, en hoop ik dat toekomstige generaties op die basis verder kunnen.”
Ontwerpen op basis van 3,8 miljard jaar voorsprong in R&DSamen met Stichting BiomimicryNL en Courage werken drie melkveehouders aan concrete innovatieve oplossingen voor hun eigen bedrijf. Daarbij kijken ze naar de natuur omdat zij 3,8 miljard jaar voorsprong heeft in R&D. Dit noemen we Biomimicry. De ondernemers worden gecoacht door Biomimicry-experts, leren van elkaar én vertalen ideeën naar de praktijk. Dat doen ze in vier stappen:
|